Familie opstelling 1

"Waar loop je op dit moment tegenaan?" vraag ik. Dit is altijd de eerste zin om het Veld van het systeem van herkomst te openen. Ze begint te vertellen dat ze een soort altijd-aanwezige Eenzaamheid voelt, dat ze totaal geen hang naar het leven heeft, geen levensenergie en geen levensvreugde.

We gaan in gesprek en onderzoeken hoe lang ze dat gevoel al kent, of ze dit kent bij meer mensen in haar familie en of er grote gebeurtenissen zijn in haar familie.

Dan stel ik representanten op. Eentje voor haarzelf, dan een representant voor haar vader en voor haar moeder en ik vraag hen om hun innerlijke beweging te volgen en een plek in te nemen in de ruimte.

De representant van haar kijkt naar de grond. Dat betekent systemisch gezien dat er een dode ligt. Ik vraag iemand als representant voor de dode en deze gaat voor haar op de grond liggen. Ze wil erbij gaan liggen en voelt zich diep verbonden met de dode. Er is veel emotie bij de representant van de client.

Dan vraag ik haar om zelf in de opstelling te komen. Haar representant wordt dan automatisch een kindsdeel van haarzelf, en zij is het volwassen deel. Ook zij wil bij de dode gaan liggen, maar ik vraag of het mogelijk is dat ze er op de knieën bij blijft zitten. Ik vraag haar of ze tegen haar eigen representant het volgende wil uitspreken:

Ik zie jou en je grote liefde voor haar (de dode).

Je eert haar het meeste door het leven te eren.

Zij bij de doden, jij bij de levenden.

En tegen de dode mag ze uitspreken:

Je hebt een grote plek in mijn hart. En met jou in mijn hart, zal ik het leven gaan leven.

En dan weer tegen haar Kindsdeel:

Ik zal jou het leven laten zien. Het zal even wennen voor je zijn. En als je een poos geleefd hebt, dan ga je weer naar haar toe. Maar eerst leef je nog een tijdje.

Daarna zei de representant (het kindsdeel):

Het is nog een beetje wennen voor me.

Client: "Ik ben er, neem je tijd, ik blijf bij je en zal goed voor je zorgen. Ik zie jou en ik laat je niet meer gaan".

De twee omarmen elkaar en het systeem komt tot rust.